|
||||||||
Dit is het debuut van de Amerikaanse blues/soul band uit Toledo met de naam “The Good, The Bad and the Blues”, natuurlijk met een knipoog naar de beroemde film van Sergio Leone. Voor een debuut klinkt dit album grandioos, maar dit gezelschap is al bijna 10 jaar on the road en excelleerde diverse malen op de prestigieuze “Blues Challenge” in Memphis. De band heeft dus een uitstekende “live” reputatie en zodoende schreven ze menige overwinning op hun naam bij verschillende blues competities, zoals het befaamde “Black Swamp Blues Society” en de “Columbia Ohio Blues Challenge”. Ook in Chicago’s “House of the Blues “ zijn ze kind aan huis, het is dus niet vreemd dat de band zo’n 6000 mijl per maand reist. De band bestaat uit Aayan Naim (gtr, perc., vcl), Hollywood Mike Darby (drs, leadvcl), B.J. Love (keyb., vcl), Gordon Henry (bs,vcl) , muzikale gasten zijn Travis Geiman (tbn), Ray Benson (conga) en de Toledo Horns Ric Wolkins (ts) & Mark Lemle (tpt). Tien nummers zijn geschreven door de band of soulzanger Johnny Rawls die zowel vocaal als op de gitaar is te horen op de afsluiter “Ain’t nothing like the blues”. “Blindog”is van de hand van Anthony Gomes en “Can I change my mind” en “Turn back the hands of time” stammen uit het oeuvre van Tyrone Davis. Aayan is het enige bandlid die niet afkomstig is uit Toledo, hij werd geboren in blues city Chicago en wel in een huis recht tegenover dat van Howlin’ Wolf waar ook Muddy Waters vaak kwam. “There are not too many people that can say that, in fact, I’m the only person who can say that. All my neighbors played the blues when I was a kid, they were kind of famous: Sam Lay, Howlin’Wolf, Otis Clay” aldus Aayan Naim in de hoestekst. Toch wilde hij aanvankelijk geen blues spelen nadat hij op 13 jarige leeftijd de gitaar ter hand had genomen, het leek te eenvoudig. Maar die houding veranderde toen hij kwam te spelen in een band uit Toledo geleid door een oudere bluesmuzikant genaamd Crawdaddy, die hem vertelde dat hij een natuurlijke aanleg had voor de blues. “The more I started playing it, the harder it got, you just can’t play the blues, you’ve got to be the blues”. En dat is goed te horen op dit album, wat ook enorm opvalt is de vocale kwaliteit en intensiteit van de zangers, het is goed te horen dat de muzikanten gepokt en gemazeld zijn door Gospel of zoals zanger / drummer Mike Darby het zegt : “the blues is Gospel in a miniskirt”. Het album wordt afgetrapt met een langzaam stomende shuffle met rauwe gitaarklanken en riffende Toledo Horns en soepel e vocalen : “Kind of girl”, wat een binnenkomer. “Searchin”is een catchy soulslijper geschreven door Johnny Rawls, het roept herinneringen op aan het blueswerk van David Clayton-Thomas, ooit zanger van Blood Sweat & Tears. Dat is zeker ook het geval met “I’ve been down”, met spetterend blaaswerk. Ook “Til you come home” is soulblues van de bovenste plank, niveau Malford Milligan ! Het gas gaat erop in Blindog, een strakke shuffle blues met heerlijk gitaar- en orgelspel. Het is goed te horen dat deze band al jarenlang on the road is, een geoliede machine met een geweldige zanger, ze verdienen het om bij een groot label ondergebracht te worden opdat meer liefhebbers de kans krijgen hen te beluisteren en hun muziek aan te schaffen. Er staan geen zwakke nummers op dit album, wel uitschieters zoals het aangrijpende “It’s raining” of “Do do do do” met zijn lekker in het gehoor liggende ritme. Afsluiter is een ouderwetse talking blues met Aayan en Johnny Rawls in een onderonsje over de blues met Aayan op akoestische gitaar, het doet mij denken aan de lp Big Foot Country Girl (op het legendarische Bluesway label) van Mel Brown waarop hij is te horen met zijn vader John H. Brown, hetzelfde ontspannen sfeertje. Het debuut van The Good, The Bad and the Blues is een geweldig album, een echte aanrader. Jan van Leersum.
|
||||||||
|
||||||||